dinsdag 13 oktober 2009

* De Eerste Kamer in het kort

In Nederland vormen de Provinciale Staten (meestal kortweg de Staten genoemd) sinds 11 maart 2003 het collectief van volksvertegenwoordigers binnen de provincie. Voor deze datum vormden de Provinciale Staten juist het bestuur van de provincie. De hoofdtaak van de Provinciale Staten is thans het controleren van het bestuur, dat gevormd wordt door de Gedeputeerde Staten.

De leden van de Provinciale Staten (Statenleden) worden iedere vier jaar rechtstreeks door de stemgerechtigde inwoners van de provincie gekozen. Het aantal leden is afhankelijk van het inwonertal en loopt uiteen van 39 voor een provincie met minder dan 200.000 inwoners, tot 55 voor een provincie met meer dan 2.500.000 inwoners.

Op hun beurt kiezen deze gekozenen weer de leden van de Gedeputeerde Staten en van de Eerste Kamer.


De Eerste Kamer in het kort
De Eerste Kamer vormt samen met de Tweede Kamer het parlement. Zij toetst voorstellen voor nieuwe wetten, ingediend door de regering en de Tweede Kamer. Het werk van de Eerste Kamer heeft dus direct invloed op ontwikkelingen in de maatschappij.

Wetgevingsprocedure
Voordat een wetsvoorstel wet wordt, moet een groot aantal stappen worden doorlopen. Een wetsvoorstel wordt meestal ingediend door de regering, maar ook Tweede Kamerleden kunnen een voorstel (dat heet dan initiatiefvoorstel) indienen.

Zowel in de Tweede als in de Eerste Kamer wordt de openbare behandeling van een wetsvoorstel schriftelijk voorbereid. In beide Kamers vindt daarna vaak een debat en stemming plaats.

Nadat Tweede en Eerste Kamer het wetsvoorstel hebben aangenomen, wordt het in het Staatsblad opgenomen en kan het in werking treden.

Werkwijze Eerste Kamer
De behandeling van een wetsvoorstel door de Eerste Kamer houdt meer in dan alleen een debat en een stemming. Aan het debat gaat een schriftelijke voorbereiding vooraf, waarbij leden commentaar kunnen geven op het voorstel en vragen kunnen stellen.

Debatten hebben een vast patroon en vaste regels. Dat geldt ook voor de stemmingen. Regels over de organisatie en de werkwijze van de Eerste Kamer zijn vastgelegd in het Reglement van Orde.

Behandeling van wetsvoorstellen betekent voor de leden niet alleen het voeren van een debat met de regering, maar ook dat er overlegd moet worden met burgers en organisaties. Door van verschillende zijden informatie in te winnen, kunnen leden tot een goed oordeel komen.

De wetgevingsprocedure
Een wetsvoorstel wordt direct nadat het door de Tweede Kamer is aangenomen naar de Eerste Kamer gezonden. Daar wordt het in handen gesteld van een commissie.

Die commissie bepaalt of het wetsvoorstel direct op de agenda kan worden gezet van de voltallige (plenaire) vergadering of dat er eerst nog een voorbereidend onderzoek moet plaats vinden.

Als het voorstel direct op de agenda wordt gezet, wordt er niet meer over het voorstel gesproken, maar wordt het wetsvoorstel als hamerstuk afgedaan.

Het voorbereidend onderzoek bestaat in hoofdzaak uit de uitwisseling van stukken. De leden geven namens hun fractie schriftelijk commentaar op het voorstel en stellen vragen. De regering reageert daar in een nota of memorie van antwoord op. Soms worden er meerdere van zulke schriftelijke rondes gehouden, maar in de regel wordt één ronde voldoende geacht.

Na de schriftelijke voorbereiding wordt aan de Kamer meegedeeld dat het wetsvoorstel gereed is voor behandeling in de plenaire vergadering. Het wordt dan na enige tijd op de agenda gezet.

De behandeling in de Eerste Kamer is één van de laatste fases van een langdurig proces dat onder andere de indiening door de regering, de behandeling door de Tweede Kamer en de inwerkingtreding omvat.

Overige taken
De belangrijkste taak van Eerste Kamerleden is het beoordelen van wetsvoorstellen. Om tot een goed oordeel te komen lezen zij officiële stukken, brieven, rapporten en kranten- en tijdschriftartikelen. Voorafgaand aan de behandeling van een wetsvoorstel worden soms honderden brieven aan de leden gestuurd.

Ook voeren Eerste Kamerleden intern en extern overleg. Intern overleg vindt vooral plaats in de eigen fractie en in de commissies. In de commissies wordt onder meer de te volgen procedure besproken.

Extern overleg wordt gevoerd met organisaties en burgers. Soms worden bezoekers of delegaties ontvangen en in bijzondere gevallen kan een Kamercommissie besluiten een hoorzitting te houden.

Eerste Kamerleden mogen verder schriftelijke vragen aan de regering stellen over onderwerpen die niet direct met een wetsvoorstel te maken hebben. Van dit recht maken zij echter maar beperkt gebruik. Controle van het actuele regeringsbeleid is - zo wordt algemeen gevonden - in de eerste plaats een zaak van de Tweede Kamer.

Bron: http://www.eerstekamer.nl/begrip/geschiedenis_eerste_kamer

1 opmerking:

  1. Hello, I just read that you have this blog on Facebook.
    Good job.

    Very clear info.

    Justice

    BeantwoordenVerwijderen